skip to Main Content

DAMIEN HIRST: DE ALCHEMIST

De kunstenaar Damien Hirst verbrandde in oktober duizenden van zijn eigen kunstwerken uit de serie The Currency. Van elk uniek kunstwerk is vorig jaar een Non-Fungible Token (NFT) uitgegeven: een verhandelbaar digitaal bewijs van eigendom van een digitaal kunstwerk.

De NFT’s werden door Hirst verkocht voor 2000 dollar per stuk. Vervolgens kreeg de koper de optie om de NFT te ruilen met Hirst voor het achterliggende kunstwerk. Wilde de koper niet ruilen dan zou het originele kunstwerk worden verbrand en mocht de koper de NFT houden.

4851 kopers kozen voor de NFT in plaats van het fysieke kunstwerk. Alle fysieke kunstwerken die niet werden ingeruild en ‘achterbleven’ in het atelier van Hirst zijn nu door de kunstenaar verbrand.

De vragen die de kunstenaar ons met deze actie voorhoudt, lijken te zijn: hoe verhoudt de waarde van een fysiek object zich tot de waarde van een virtuele immateriële versie van hetzelfde object? En: Zijn kopers bereid om mee te gaan in het verhaal dat de 10.000 NFT’s (potentieel) meer waarde hebben dan de 10.000 echte fysieke kunstwerken?

Het artistieke oeuvre van Hirst is een spel met realiteit, fictie en spektakel. Dit wist hij op fraaie wijze duidelijk te maken met zijn project Treasures from the Wreck of the Unbelievable. Hierbij werden duizenden kostbare en sensationele archeologische artefacten getoond van de meest nobele materialen zoals marmer, goud en brons. Waaronder spectaculaire reusachtige beelden van monsters, goden en heldhaftige en wonderschone klassieke naakten.

Deze artefacten waren opgedoken uit een 2000 jaar oud scheepswrak voor de kust van India. In een begeleidende documentaire (ook op Netflix) was te zien hoe de bergingswerkzaamheden werden uitgevoerd.

Spoiler: het hele project was verzonnen. Het wrak heeft nooit bestaan en de artefacten waren gemaakt in het atelier van Hirst.

Bij nadere beschouwing van de opgedoken artefacten kon dat ook niet anders. Wat op het eerste gezicht bijvoorbeeld een klassiek beeld van een naakte vrouw leek, was een met schelpen overdekte sculptuur van het model Kate Moss. En de ogenschijnlijke mythologische figuren op de ‘archeologische’ gouden munten uit het wrak, bleken moderne figuren waaronder Mickey Mouse.

Toch was alles zo overtuigend en hoogwaardig uitgevoerd en vertoond met een presentatie-opstelling die vergelijkbaar is met die van een oudheidkundig museum (inclusief documentaire), dat het gevoel ontstond dat deze objecten echt wel eens uit een tweeduizend jaar oud wrak zouden kunnen komen.

Damien Hirst, Treasures from the Wreck of the Unbelievable, 2017 (video still)

 

Hirst zaaide hiermee twijfel over wat feit en fictie is. Door een archeologische esthetiek toe te passen waarmee we vertrouwd zijn, verdwenen de lijnen tussen wetenschap, geschiedenis en mythologie. Zo creëerde hij draagvlak voor zijn zelfbedachte mythologie. Met onder andere als resultaat dat de eerste vraag die Google bij dit onderwerp voorstelt, is: ‘Is the wreck of the unbelievable real?’

Wat we bereid zijn te geloven, wordt vooral bepaald door hoe iets wordt gepresenteerd. Hirst beseft dit heel goed. Als een artistieke duivel probeert hij de toeschouwer te verleiden met objecten van goud, schoonheid en spektakel.

En nu heeft Hirst dus zelfs het vuur aangestoken om daarin de kunstwerken te verbranden van de kopers die geloven dat ze goud in handen hebben met de virtuele NFT’s. Maar hebben ze dat ook?

De vraagprijzen voor de fysieke kunstwerken – die inmiddels op de markt komen- variëren tussen de 17.000 en 40.000 euro. De prijzen van een NFT bewegen momenteel tussen de 5.000 en 17.000 euro.

Daarbij is de NFT-markt sterk verweven met de markt voor cryptovaluta, waarvan de waarde dit jaar met tientallen procenten is gezakt. Met als gevolg dat ook de waarde van de markt voor NFT’s tientallen procenten is gezakt. Op dit moment lijkt het er dus op dat de kopers van de fysieke kunstwerken van Hirst een betere keuze hebben gemaakt.

Of uiteindelijk de NFT of het fysieke kunstwerk waardevoller is, zal blijken. Hoe dan ook, Damien Hirst is er weer in geslaagd om een nieuwe mythe te creëren en ons uit te dagen om na te denken over waar we in willen geloven. Om na te denken over wat waarheid en fictie is, over de scheidslijn tussen intrinsieke en nominale waarde en over de vraag of een object überhaupt dient te bestaan om waardevol te kunnen zijn.

Alleen al de belofte van de ontdekking van de steen der wijzen was voor menigeen in de geschiedenis een reden om alles te investeren in de mogelijkheid om de steen te kunnen ontdekken. Wat dat betreft is Hirst de ultieme alchemist: hij smeedt in zijn vuur een geloof in een virtueel voorwerp dat voor sommigen al als tastbaar goud voelt.

blank

Omgeving van Pieter Breughel de Oude, De Alchemist, ca. 1600 – 1625

Back To Top
×Close search
Zoeken